Het eerste orgel
In de Gereformeerde Gemeente van Vlaardingen, die toen nog bekend stond onder de naam van Vrije Gereformeerde Gemeente, is er voor het eerst sprake van een orgel in 1903.
Dit eerste orgel, geplaatst door de heer Breebaart uit Amsterdam, werd op 8 april 1903 in gebruik genomen. Op deze avond bespeelde de heer A.A.C. van de Berg, muziekonderwijzer in Vlaardingen het orgel.
Het tweede orgel
Al één maand na plaatsing blijkt dat het eerste orgel te zwak is voor de gemeentezang.
In 1904 wordt dit orgel dan ook al vervangen.
De Fa. Ehrenfried Leichel & Zn uit Arnhem plaatst een éénklaviers orgel met aangehangen pedaal.
De dispositie luidde: | |
Manuaal | |
Prestant | 8’ |
Holpijp | 8′ |
Viola di Gamba | 8′ |
Octaaf | 4′ |
Fluit | 4′ |
Quint | 2 2/3′ |
In 1949 is ook dit instrument te klein geworden voor de inmiddels nieuw gebouwde, grotere kerk.
Het orgel wordt verkocht aan de Gereformeerde Gemeente in Woerden.
In 1974 wordt het orgel verkocht aan de Oud Gereformeerde Gemeente in Veenwouden.
In 1984 wordt alleen het binnenwerk van het orgel verkocht aan de Christelijke Gereformeerde Kerk in Wildervank.
Schilderij van het Rütter-orgel gemaakt door gemeentelid N. van de Step
Het derde orgel
Terug met onze geschiedenis naar Vlaardingen.
In het bovengenoemde jaar 1949 is er een orgel te koop in Ulft. Het gaat om een orgel dat door Wilhelm Rütter in 1858 is gebouwd voor de St. Josephkerk in Gouda.
Het orgel wordt gekocht en de orgelmaker Wattel uit Utrecht is verantwoordelijk voor de overplaatsing naar Vlaardingen.
Op 18 november 1949 wordt dit mechanische orgel door de adviseur Gijs de Graaf, de toenmalige organist van de Grote Kerk in Vlaardingen ingespeeld.
Tot 6 april 1975 heeft dit orgel in deze kerk gestaan. Toen moest het oude Rütter-orgel plaats maken voor de nieuw te bouwen Sionkerk met daarin het nieuwe Leeflang-orgel.
De dispositie luidde van 1949-1975: | |||||
Hoofdwerk | Onderpositief | Pedaal (pneumatisch) | |||
Bourdon | 16′ disc | Holpijp | 8′ | Bourdon | 16′ |
Prestant | 8′ | Salicionaal | 8′ | Subbas | 16′ |
Holpijp | 8′ | Prestant | 4′ | Octaafbas | 8′ |
Gamba | 8′ | Dolce | 4′ | Koraalbas | 4′ |
Octaaf | 4′ | Roerfluit | 4′ | Fagott | 16′ |
Fluit | 4′ | Nasard | 2 2/3′ | ||
Quint | 2 2/3′ | Woudfluit | 2′ | Speelhulpen | |
Piccolo | 2′ | Vox Humana | 8′ bas/disc | Manuaalkoppels Bas + Discant | |
Octaaf | 2′ | Pedaalkoppel – Hoofdwerk | |||
Terts | 1 3/5′ bas/disc | Tremulant | |||
Mixtuur | III | ||||
Cornet | III st. disc. | ||||
Trompet | 8′ |
Het Rütter-orgel werd door de Fa. Leeflang uit Apeldoorn afgebroken en opgeslagen.
Sinds 1979 staat het orgel weer geheel gerestaureerd, door voornoemde firma, opgesteld in de Grote Kerk van Hilversum.
Voor meer informatie zie het boekje “Een historisch overzicht van de orgels der Gereformeerde Gemeente te Vlaardingen”.